EEN REIS IN BOLIVIA 1990
Maandag, 30 juli.
Om 7 uur stonden we op. Tot mijn verbazing had ik een te hete douche, een ongewone luxe in Bolivia.
Om half acht stonden we met onze bagage kant en klaar beneden, maar de taxi liet even op zich wachten. Toen hij aangekomen was, vroegen wij ons af, of hij groot genoeg zou zijn, maar een lang touw bleek wonderen te verrichten. Alle bagage kon op een of andere manier meegenomen worden.
De chauffeur reed als een duivel en om precies 8 uur waren we op El Alto, het vliegveld.
Met de Lufthansa vlogen we naar Lima. Terwijl we in het vliegtuig wachtten op het
vertrek, zagen we een drug-
In Lima moesten we overstappen. Hier bleek, dat het bovenste vak van mijn rugzak
opengegaan was, waardoor ik vermoedelijk enkele vuile onderbroeken verloren had.
In de koffer van Hanneke zat een scheur en de extra riem was verdwenen, waardoor
de koffer gemakkelijk open zou kunnen vallen. Kik zag in het gebeuren best mogelijkheden
voor enige reuring en ging namens ons in beklag. Hij verklaarde de schade aan de
koffer $ 50,-
In Lima had het toestel van Avianca aanzienlijke vertraging. Maar aan hetzelfde tafeltje als vier weken geleden konden we weer bridgen. Het was mijn laatste kans om onze vreemde drive te winnen, maar Jan bleef mij voor. Jan, ook nog vanaf deze plaats mijn felicitaties.
Tijdens het bridgen was het tafeltje naast ons afgeruimd en Kik miste ineens zijn shag en aansteker. Een andere bezoeker wees hem er op, dat de kelner er wel meer van zou weten. Inderdaad bleek deze zich vaag iets te herinneren en kwamen de spullen weer boven water.
In Bogota stapten we over op een Boeing 747 en vlogen naar Caracas. We hadden plaatsen aan het raam gevraagd in het rookgedeelte, die ons toegezegd werden. Maar we kwamen in het midden te zitten boven de vleugel en mochten niet roken. Niet erg, maar voor sommigen toch jammer.
50