EEN REIS IN BOLIVIA 1990

EXIT

40

30

20

10

SORTIE

50

Leo van der Hoeven zei over de standplaats van de te zoeken planten en gaf mijzelf een goede kans, dat ik ze hier zou kunnen vinden. Het was slechts een goede 100 meter klimmen, vaak over moeilijk terrein. Boven was van alles aanwezig wat een sulcozoeker gelukkig kan maken, behalve sulco's. De "taxis­to", die Alfredo bleek te heten, was me gevolgd, want hij was wel nieuwsgierig naar wat ik eigenlijk zocht.
Weer een paar kilometer verder stopten we nog eens. Aan de rechterkant van de weg stonden twee heuveltjes en hier vonden we
S. frankiana. Nu S. alba nog. Bekend was, dat beide soorten op één heuvel groeien en dat de standplaat­sen strikt gescheiden zijn. Ondanks intensief zoeken ontdekten we S. alba niet.

De volgende heuvel zag er steil uit, maar er was een soort pad naar boven en beneden liep een campesina. Alfredo, die ook Quechua sprak, vroeg haar naar cactussen, maar zij wist nergens van. Desondanks besloten we te gaan kijken en aan de voet van de heuvel vonden we onmiddellijk weer S. frankiana. We liepen langs het pad naar boven en halverwege keek ik toevallig naar de grond. Hier stond S. alba in grote hoeveelheden.

Op de terugweg probeerde ik een nieuwe afspraak te maken met Alfredo. Hij was een aardige kerel, die als chemicus gewerkt had in een laboratorium voor drinkwa­ter in La Paz, maar hij was afgekeurd. Daarna was hij al taxi-chauffeur gaan werken. Hij nodigde ons uit bij hem thuis een kop thee te drinken. Bij voorbaat verontschuldigde hij zich, dat zijn huisje klein was. Tot mijn verbazing stond bij hem op de binnenplaats een fraaie collectie cyclamen en andere planten. Hij bleek ook een plantengek te zijn. Zijn vrouw werkte aan de universiteit en was daarom niet thuis. Hij had wel een huishoudster, die ons grote koppen thee bracht met broodjes. De woonkamer zag er keurig uit.

We wilden 's avonds wel naar de pizzeria aan de Plaza, maar die was gesloten. Dus gingen we naar de buren. Hier aten we goed en smakelijk.

Er was geen dienst in de kathedraal aan de Plaza, dus Hanneke kon een blik naar binnen werpen. Aan de andere kant van de Plaza werd een podium ingericht. Er hingen spandoe­ken, waar iets op stond over folkloristische muziek naar aanleiding van het feit, dat tien jaar geleden een einde gekomen was aan de dictatuur. Wij haalden onze cassette­recorder om eventueel opnames te maken, als het de moeite waard zou zijn.

Tussen de optredens werden de ongeveer 2000 toehoorders toegesproken door enkele mannen, die van mening waren, dat alle dictaturen in Latino-america moesten verdwijnen. Het publiek was zeer gedisciplineerd en de muziek was

>

<

33