EEN REIS IN BOLIVIA 1990

EXIT

40

30

20

10

SORTIE

50

Vrijdag, 20 juli.


Het moment van vertrek uit Sucre was aangebroken. Het mannetje, dat ons elke ochtend van broodjes ei had voorzien, haalde zijn eigen fotocamera op en wij moesten met hem op de foto. Wij maakten nog een paar foto's met de polaroid­camera en iedereen was geluk­kig. We drukten iedereen de hand en ze wensten ons een zeer goede reis. Wanneer we weer kwam, wilden ze weten. Aardige mensen.

De weg naar Tarabuco was snel gevonden. Eén keer was ik fout afgeslagen, waardoor ik een uiterst steile weg naar het "convent" moest rijden. De motor kon het maar net aan. Achter dit klooster ligt de Cerro Churiquella, de type-standplaats van S. canigue­ra­lii.

Na ongeveer 15 kilometer moesten we Bs 3,- peaje betalen.

Onze verbazing was groot, toen we op een kudde llama's stuitten. De dieren werden voor een deel als lastdier gebruikt en ze waren alle versierd met rode of blauwe wollen draadjes aan de spitsen van de oren.

Vlak voor Yamparaez was een leuke, stenige rug, waar je zonder klimmen kon komen. Hier vonden we lobivia's en een tephrocactus.

Kik had gehoord van een weg vanuit Yamparaez naar het zuiden, die misschien interes­sant was. We vonden inderdaad een afslag, reden over een heel smal straatje met een ongelofelijk slecht wegdek. Op zeker moment kwamen we op een T-splitsing. Ik koos voor links af en kwam na korte tijd bij een verlaten klooster uit voor een smal poortje, waar je met de auto niet door kon. Ik keerde dus, reed terug en nam nu de andere richting. Het was verrassend, dat we enkele minuten later aan de andere kant van hetzelfde poortje stonden. Er was hier geen door­gaande weg, wel een rivierbedding. Het leek ons niet gek hier ons middag­broodje te eten.

Bij km 44 ondernamen we een poging sulco's te vinden. Weer eens bleek mij, dat je enig geluk nodig hebt. We zochten met ons vijven en vonden aanvanke­lijk niets, totdat ik naar een hoger gelegen terrein wilde. Onderweg keek ik toevallig naar een paar grote stenen vlak voor mij en ontdekte de gewenste plantjes.

Vervolgens zochten we bij km 54, waar we aan beide kanten van de weg zochten. De plantjes, die we aan de noordkant vonden, waren veel groter dan die aan de zuidkant.

Vlak voor Tarabuco staat een hoge berg met een zend-antenne. Hier was Leo indertijd opgeklommen en had daar Sulcorebutia tarabucoensis en Digitore­butia brunescens gevonden. We klommen een stuk naar boven, maar hadden geen zin

>

<

36