EEN REIS IN BOLIVIA 1990

EXIT

40

30

20

10

SORTIE

50

vlakte en het was half bewolkt. Ik besef, dat ik in herhalin­gen verval, maar deze kou maakte indruk op mij. Ik dacht nog aan mijn plantjes in de kas, die zich bij 40° Celsius koesteren in de zon.
Op een gegeven ogenblik kwamen we op een T-splitsing. We gokten op de afslag naar het noorden en toevallig kwamen we kort daarop een man tegen, die bevestigde, dat die weg naar Ocuri leidde. Achteraf bleek de andere weg ook in Ocuri uit te komen en deze was ongetwijfeld vele keren beter dan de weg, die wij gekozen hadden. Het landschap was heel interessant, voor een geoloog ongetwij­feld een paradijs, maar de weg was af en toe nauwelijks te berijden. We hadden dan ook alle lof voor Jan, die schijnbaar koelbloe­dig de auto over talloze stenen liet stuite­ren, terwijl er naast hem een huive­ringwekkende afgrond gaapte. Ik betwijfel dan ook, of er na ons nog eens cactuszoekers deze weg zullen rijden.

Onze laatste vondst was op ongeveer 3700 meter hoogte. We werden bijna omver geblazen door de wind en Jan was de held van de dag, want hij vond twee veelkoppige sulco's. Ik kon van beide een stek afnemen. Daarna zochten we nog twee keer tevergeefs.

Vlak voor Ocuri arriveerden we op een enorme vlakte en daar kwamen we op de goed onderhouden weg uit het zuiden: de weg, die wij niet gekozen hadden. Misschien had daar de motorrijder wel op ons staan wachten.

Ocuri ligt op bijna 4000 meter hoogte. We kwamen meteen bij een restaurant met een alojamiento. We wilden wel een almuerzo bestellen, maar dat begreep men niet. Het was dan ook veel eenvou­diger. Wie aan een tafel ging zitten, kreeg automatisch een almuerzo. Wie niet wilde, werd niet geacht te gaan zitten. Daarna vroegen we, of we de bedden mochten zien. Boven het restaurant was een vertrek, waar een tiental bedden stond. Er was geen toilet. We konden ook niet ontdekken, waar je je eventueel zou kunnen terugtrek­ken. Er was ook geen water om je te wassen. Naast het slaapver­trek was een draad gespannen, waaraan een aantal foetussen van honden(?) hingen te drogen. Zouden die verwerkt worden in de cena?

Even verder bleek nog een alojamiento te zijn. Jan en Kik gingen dat eens keuren. Het zou iets beter zijn. Ook hier was maar één slaapvertrek met veel bedden, maar er was een hokje met een stuk plastic er voor, dat als toilet moest dienen. Verve­lend was wel, dat het plastic steeds openwaaide en de baas stomtoevallig een zodanige plaats gekozen had om in de zon te zitten, dat hij vrij uitzicht had op de deurope­ning. En Hanneke had uitgere­kend nu enige ingewandstoornissen. Verder

>

<

42