EEN REIS IN BOLIVIA 1990

EXIT

40

30

20

10

SORTIE

50

bamba te lokken en jongens van een jaar of veertien riepen naar de voorbijgangers de bestemming van de busjes.

Na het ontbijt reden we Cochabamba in. Ik had me daar niet erg op verheugd, want ik had twee jaar eerder daar ervaring opgedaan en kon me nog goed herinneren in wat voor mallemolen je terecht kwam. Tot mijn verbazing bleek ik hier nu helemaal geen last van te hebben. De weg naar Quillacollo liep vlak achter de Plaza principale van Cochabamba langs en er was zowaar een parkeerplaats vrij, waar de auto voor Bs 1,- bewaakt werd.
Hanneke, Jan en Jeroen zouden ansicht­kaarten gaan kopen. Kik en ik gingen op pad voor een nieuwe Vito sanitario. Ik wist nog, waar het gebouw stond, waar allerlei formulieren verstrekt werden. Daar verkregen we heel snel en vriendelijk het gewenste formulier, wat ons Bs 9,- kostte. Al even gemakkelijk vonden we het gebouw van het Ministerio de Agricultu­ro terug. We lieten een vriendelijke heer ons formulier van 1988 zien en noemden enkele wijzigin­gen. We hadden een monster meegebracht. De man scheen het allemaal te begrij­pen. Om elf uur zouden wij een nieuwe Vito sanitario kunnen afhalen. Dit ging onwaarschijnlijk voorspoedig.

Terug op de Plaza liepen we Hanneke en de jongens tegen het lijf. Zij hadden juist 100 ansichtkaarten en een nieuwe schoolatlas gekocht. We hadden nog zoveel tijd over, dat we besloten een kop koffie te nemen in de cafeteria naast de kathedraal en daar de kaarten te gaan schrijven. Dat was een hele klus, maar we sloegen ons er door. Daarna werd het tijd om de Vito Sanitario te halen en deze lag inder­daad klaar. We kregen hem gratis mee!

Van de 100 kaarten waren er 80 be­schreven. Op dus naar het postkantoor om postzegels te kopen. We moesten voor Bs 80,- frankeren, maar dat was niet zo eenvoudig. Blijkbaar kopen niet alle toeristen in één keer 80 postzegels van 80 centavos. Met enkele combina­ties als Bs 0,50 + Bs 0,30 of Bs 0,50 + Bs 0,50 kwamen we er toch uit.

Moegeplakt ontdekten we naast het postkantoor een cafeteria met voortref­felijke hambur­guesas.

Om half een vonden we het tijd worden eens op te breken. We hadden de Monte Tunari op het programma. Eerst reden we naar Tiquipaya en vandaar uit rechtsaf de berg op. Na korte tijd stopten we en vonden Lobivia obrepanda met een mooie bedoorning.

De weg was niet al te best, maar we klommen gestaag verder. Eigenlijk was er

>

<

14